Mobiele menu

Etnische verschillen in het gebruik van psychiatrische zorg.

Projectomschrijving

Etnische verschillen in psychiatrisch zorggebruik voor het eerst onderzocht met nieuw soort casusregister

Het lukt zelden om binnen één gebied iedereen die psychiatrische zorg gebruikt volledig in kaart te krijgen, en hun zorgtraject in detail te volgen. Het nieuwe psychiatrisch casusregister van Den Haag is vooralsnog het enige register ter wereld dat hier toe in staat is. Bovendien bestaat de bevolking voor 40% uit allochtonen, waardoor de rol van etniciteit bij het ontstaan van ziekten onderzocht kan worden. De eerste metingen met het register zetten vertrouwde cijfers op hun kop. Schizofrenie blijkt veel vaker voor te komen dan eerder werd aangenomen en de meeste patiënten blijken hulp te zoeken lang voordat ze psychotisch worden. Er zijn sterke aanwijzingen dat bipolaire stoornissen en psychotische stoornissen vaker met elkaar verward worden bij allochtonen dan bij autochtone Nederlanders. Allochtonen lijken het echter niet slechter te doen in de zorg dan autochtone Nederlanders.

Producten

Auteur: Hogerzeil, S.J., van Hemert, A.M., Rosendaal, F.R., Hoek, H.W.
Link: http://www.tijdschriftvoorpsychiatrie.nl
Titel: Etnische verschillen in zorgincidentie voor psychose en depressie in Den Haag 1996-2006
Titel: High incidence of schizophrenia among treated patients
Titel: Pathways to psychosis
Auteur: Rietdijk, J., Hogerzeil, S.J., van Hemert, A.M., Cuijpers, P., Linszen, D.H., van der Gaag, M.
Magazine: Schizophrenia Research
Titel: Gezondheidsmonitor 2006. Den Haag: Dienst OC&W

Verslagen


Eindverslag

Dit is een cohort studie op basis van een casusregister naar verschillen tussen immigrantengroepen in de behandelde incidentie en zorgtrajecten van non-affectieve en affectieve psychotische stoornissen; het studiecohort betreft de volwassen bevolking van Den Haag (n=302 529 in de leeftijdsgroep 20–64 in 2008; 44% van de bevolking is eerste of tweede generatie migrant). Het psychiatrisch casusregister van Den Haag is een datawarehouse dat gesynchroniseerd wordt met de operationele registratiesystemen van de Parnassia Bavo Groep. Het register bestrijkt alle klinische, poliklinische, deeltijd- en residentiële zorgprogramma’s, evenals de 24-uurs crisisdiensten en samenwerkingsprojecten met huisartsen en de politie. Alle veranderingen in diagnose, juridische status en zorggebruik van alle patiënten sinds 1997 (n=77 905 personen in 1997–2008, van wie 63 166 nieuw geregistreerd) zijn beschikbaar voor wetenschappelijk onderzoek. Oudere (minder volledige) data zijn beschikbaar vanaf 1980 om terugkerende patiënten te identificeren.
Sociodemografische kenmerken die beschikbaar zijn voor analyses zijn: leeftijd, geslacht, etniciteit, socio-economische kenmerken op buurtniveau. Prognostische kenmerken zijn onder andere: type verwijzing (regulier of acuut); aantallen klinische opnamedagen, crisiscontacten en no-shows; de aan/afwezigheid van juridische maatregelen of complexe zorgvormen. Onderzoekscohorten zijn verzameld onder burgers die voor het eerst hulp zochten en onder patiënten bij wie voor het eerst een psychotische stoornis werd vastgesteld. Er zijn statistische analyses verricht naar (a) etnische verschillen in de bevolkingsincidentie van non-affectieve en affectieve psychotische stoornissen en (b) event-time analyses van etnische verschillen in: zorguitval, duur van behandeling voordat een psychose wordt vastgesteld, zorgtrajecten naar een eerste psychose, evenals diagnostische trajecten en de stabiliteit van register diagnosen. De bevindingen kunnen worden gebruikt om problematisch zorggebruik te voorspellen en om klinische indicatoren voor de zorg te ontwikkelen.

Samenvatting van de aanvraag

Van de geestelijke gezondheidszorg (GGZ) in grote steden wordt verwacht dat zij goede zorg levert aan uiteenlopende doelgroepen in een sterk veranderende omgeving met toenemende marktwerking. In dat kader staan allochtonen vaak als ‘moeilijk’ te boek door problemen met zorgbereik, onduidelijke diagnostiek, frequente drop-outs en een gecompliceerd ziektebeloop. Het recent opgezette psychiatrisch casusregister van de Parnassia Groep biedt de mogelijkheid om voor heel Den Haag te onderzoeken of de geboden zorg aansluit bij de behoeften van allochtonen. Het casusregister is bijzonder door de combinatie van volledigheid op grootstedelijke schaal en inhoudelijke detaillering. In 2004 had Den Haag 295.997 volwassen inwoners (leeftijd 20-64 jaar), verdeeld over 43 wijken. Uit de gemeenteregisters zijn sociodemografische gegevens van de inwoners beschikbaar. De grootste homogene etnische groeperingen zijn Nederlands (55%), Surinaams (10%), Turks (6%) en Marokkaans (4%). Het casusregister bevat gegevens over de specialistische psychiatrische zorg voor alle inwoners van Den Haag. In 2004 waren 21.395 volwassen inwoners van Den Haag onder psychiatrische behandeling, waarvan 10.096 nieuwe aanmeldingen. Voor vrijwel alle patiënten zijn leeftijd, geslacht, woonwijk (98% volledig), verwijzer (95% volledig), etniciteit volgens het CBS (96% volledig) en diagnose volgens de DSM-IV (88% volledig) bekend. Het zorggebruik wordt nauwkeurig geregistreerd in termen van kosten, het aantal dagen in kliniek of deeltijdbehandeling, frequentie en regelmaat van ambulante contacten, continuïteit van zorg en inzet van dwangmiddelen. DOELSTELLING - In deze studie worden Surinaamse, Turkse en Marokkaanse inwoners van Den Haag in de leeftijd van 20 tot 64 jaar vergeleken met de autochtone bevolking voor het gebruik van psychiatrische zorg voor de diagnosen stemmingstoornis en psychotische stoornis. De hypothese dat er bij de allochtone groepen vaker sprake is van complicaties in het zorggebruik wordt als volgt getoetst: 1. Bij allochtonen is er vaker sprake van gefragmenteerde zorg, bijgestelde diagnosen, hogere zorgkosten, gebruik van crisisvoorzieningen en problemen met de continuïteit van zorg dan bij autochtonen. 2. Naast sociodemografische en institutionele factoren is etniciteit een onafhankelijke voorspeller van zorggebruik. De verkregen kennis wordt vertaald naar een voorspellingsmodel voor problematisch zorggebruik en kwaliteitsindicatoren voor de kliniek. ONDERZOEKSOPZET - Het onderzoek wordt opgezet als een retrospectief follow-up onderzoek. De inwoners van Den Haag vormen de oorsprongspopulatie. Uit de totale instroom in de zorg worden uit de zorgprogramma’s voor stemmingsstoornissen (1.500 nieuwe, formeel gediagnostiseerde patiënten per jaar) en psychotische stoornissen (170 nieuwe, formeel gediagnostiseerde patiënten per jaar) gedurende respectievelijk drie en tien jaar patiënten geïncludeerd. Voor beide stoornissen wordt het gebruik van psychiatrische voorzieningen geregistreerd over een vervolgperiode van 24 maanden na de aanmelding. UITKOMSTEN - Met de gegevens wordt de incidentie van eerste zorgcontacten voor psychotische stoornissen en voor stemmingsstoornissen berekend naar etniciteit. Voor de continuïteit van zorg wordt voor de groepen door middel van een overlevingsanalyse de proportie van patiënten berekend waarbij de zorg is onderbroken of afgesloten binnen de eerste 24 maanden. Verder worden de groepen vergeleken op consistentie, inhoud en kosten van de psychiatrisch zorg. Aanvullende analyses worden uitgevoerd voor de instroom uitgesplitst naar verwijzer (huisarts, crisisdienst, anders), hernieuwde contacten, overige allochtone groepen en naar diagnostische subgroepen (b.v. depressieve stoornis, dysthyme stoornis, schizofrenie, psychose NAO, etc). Voor het zorggebruik van de bestudeerde diagnosen wordt een categorale indeling gemaakt in ‘zorgprofielen’ (eenvoudige, gemiddelde en problematische trajecten). Voor alle analyses worden correcties toegepast voor eventuele verschillen in de verdeling naar leeftijd, geslacht en woonomstandigheden. Voor verschillen in zorggebruik tussen de groepen wordt een voorspellingsmodel voor problematisch zorggebruik opgesteld. DISCUSSIE – De projectgroep beschikt over een representatieve dataset waarmee voor kwetsbare groepen met ernstige psychische stoornissen het beloop en de kwaliteit van de psychiatrische zorg kan worden bestudeerd. Het project heeft als doel bij te dragen aan kwaliteitsverbetering en de rationele inzet van beperkte middelen in de specialistische psychiatrische zorg, door na te gaan hoe etniciteit en zorggebruik samenhangen, en een model op te stellen dat problematisch zorggebruik voorspelt.

Onderwerpen

Kenmerken

Projectnummer:
92003444
Looptijd: 100%
Looptijd: 100 %
2007
2012
Onderdeel van programma:
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
Prof. dr. H.W. Hoek
Verantwoordelijke organisatie:
Parnassia Bavo Groep