Mobiele menu

De invloed van micrometastasen op de prognose en overleving van stadium I-II coloncarcinoompatiënten.

Projectomschrijving

Patiënten met een coloncarcinoom krijgen chemotherapie als na de operatie blijkt dat er lymfeklieruitzaaiïngen aanwezig zijn. Als er geen lymfeklieruitzaaiïngen aanwezig zijn, is er geen reden voor chemotherapie. Toch krijgt tot 30% van deze patienten de tumor terug binnen 5 jaar na diagnose, terwijl de tumor is verwijderd en de lymfeklieren schoon zijn. Uit recente onderzoeken blijkt dat we met de huidige technieken om de lymfeklieren na te kijken, kleine lymfeklieruitzaaiïngen (micrometastasen) over het hoofd zien. De aanwezigheid van deze kleine uitzaaïngen lijkt een negatieve invloed te hebben op de overleving van coloncarcinoompatiënten. Binnen de EnRoute+ studie worden de lymfeklieren van coloncarcinoompatiënten standaard onderzocht op de aanwezigheid van deze kleine lymfeklieruitzaaiïngen. Indien deze kleine lymfeklieruitzaaiïngen aanwezig zijn, krijgt de helft van deze patiënten chemotherapie, om te beoordelen of deze patiëntengroep baat heeft bij chemotherapie.    

Verslagen


Samenvatting van de aanvraag

Patiënten met een coloncarcinoom krijgen chemotherapie na de operatie als blijkt dat er lymfekliermetastasen aanwezig zijn. Als er geen lymfekliermetastasen aanwezig zijn, wordt de patiënt alleen operatief behandeld en is er in principe geen indicatie voor adjuvante chemotherapie. Ondanks deze operatieve behandeling ontstaat bij 20-30% van de patiënten zonder lymfekliermetastasen (stadium I-II) binnen 5 jaar toch een lokaal of systemisch tumorrecidief. In Nederland gaat het hierbij om meer dan 1200 recidiefpatiënten per jaar. Dit percentage ligt veel te hoog, wetende dat dit coloncarcinoompatiënten zijn waarbij de tumor in zijn geheel is verwijderd en waarbij de lymfeklieren schoon waren bij pathologisch onderzoek. Er zijn reeds 4 hoog risicofactoren gedefinieerd in de Nederlands richtlijn coloncarcinoom, waarbij stadium II patiënten (patiënten zonder lymfekliermetastasen) als vergelijkbaar met stadium III patiënten (patiënten met lymfekliermetastasen) beschouwd moeten worden met het oog op de kans op recidiefziekte. Deze hoog risico patiënten zonder lymfekliermetastasen komen daarom toch in aanmerking voor adjuvante chemotherapie. Echter, niet alle recidieven kunnen worden verklaard op basis van deze 4 hoog risicofactoren! Op basis van recente onderzoeken lijkt micrometastasering (lymfekliermetastasen kleiner dan 0,2mm) eveneens een negatieve invloed te hebben op de prognose van deze stadium I-II coloncarcinoompatiënten en zou dit een nog niet gedefinieerde hoog risicofactor binnen deze patiëntengroep kunnen zijn, die bijdraagt aan het hoge recidiefpercentage. Echter, met het huidige pathologisch onderzoek, worden deze uiterst kleine lymfekliermetastasen gemist. Binnen deze studie worden de lymfeklieren daarom aanvullend onderzocht als er m.b.v.regulier pathologisch onderzoek geen lymfekliermetastasen worden gevonden. Als er na aanvullend pathologisch onderzoek micrometastasen aanwezig zijn, wordt er gerandomiseerd voor adjuvante chemotherapie of follow up. Het doel van dit gerandomiseerde multicenteronderzoek is drieledig, namelijk: 1. Het definiëren van een nieuwe subgroep stadium I-II coloncarcinoompatiënten met een verhoogd risico op tumorrecidief (patiënten met micrometastasen). 2. Bepalen van klinische en prognostische waarde van deze micrometastasen bij stadium I-II coloncarcinoompatiënten. 3. Bepalen of deze patiënten met micrometastasen baat hebben bij adjuvante chemotherapie (CAPOX).

Onderwerpen

Kenmerken

Projectnummer:
92003582
Looptijd: 100%
Looptijd: 100 %
2012
2013
Onderdeel van programma:
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
Prof. dr. C.J.H. van de Velde
Verantwoordelijke organisatie:
Leiden University Medical Center