Mobiele menu

Naar een kosteneffectieve hulpmiddelenzorg voor patiënten met diabetes mellitus: verkenning naar de versterking van de zorgverlener-patiënt-communicatie

Projectomschrijving

Ruim 1,2 miljoen mensen in Nederland hebben diabetes mellitus. Een groot deel hiervan gebruikt een of meerdere hulpmiddelen (bloedglucosemeter, insulinepen en/of infuuspomp, vingerprik-apparatuur). Deze hulpmiddelen zijn er in allerlei soorten en maten. Het kiezen van het juiste hulpmiddel is maatwerk. Voor optimale zelfcontrole moet het hulpmiddel aansluiten bij de wensen en mogelijkheden van de gebruiker. Gezamenlijke besluitvorming en zorg-opmaat zijn hierbij sleutelbegrippen.

Ons onderzoek laat zien dat patiënten barrières ervaren in de communicatie met zorgverleners terwijl zij vaak leunen op de informatie van de zorgverlener. Zorgverleners vinden het juist gewenst dat patiënten beter voorbereid naar een afspraak komen en beter hun hulpvraag verwoorden. Om die reden bevelen we communicatie-ondersteuning aan om patiënten te helpen in het kiezen van een hulpmiddel en het voorbereiden van een afspraak met de diabetesverpleegkundige.

Verslagen


Samenvatting van de aanvraag

Ruim 1,2 miljoen mensen in Nederland hebben diabetes mellitus. Ten minste een kwart van deze groep gebruikt hulpmiddelen (bloedglucosemeters, insuline-infuuspompen, vingerprikapparatuur of injectiepennen of –spuiten om insuline toe te dienen). Uit onderzoek blijkt dat de zorg en begeleiding rondom de keuze voor en het gebruik van deze hulpmiddelen beter kan. Zo zijn er verschillende soorten glucosemeters. Het kiezen van de juiste meter is maatwerk: de meter moet aansluiten bij de wensen en behoeften van de gebruiker. Lopend onderzoek van Van Eikenhorst (RuG), Taxis (RuG) en Van Dijk (Nivel) (2018) laat zien dat niet iedereen dezelfde meters prettig vindt. Hetzelfde onderzoek laat ook zien dat patiënten soms moeite hebben met het instellen van een insulinespuit of de -infuuspomp. Ook begrijpt niet iedereen de informatie over de hulpmiddelen. Dit leidt tot het gebruik van niet passende hulpmiddelen, verkeerd gebruik van passende hulpmiddelen, maar ook tot defecte meters. De “verkenning extramurale hulpmiddelen” van ZonMW (2015) laat zien dat er bij de keuze nog onvoldoende sprake is van maatwerk: er wordt te weinig rekening gehouden met de persoonlijke behoeften, gezondheidsvaardigheden, voorwaarden en situaties van een patiënt. Dit verkleint de kans dat gekozen wordt voor een passend hulpmiddel en dat het hulpmiddel op de juiste manier wordt gebruikt. Terwijl goed gebruik van een passend hulpmiddel essentieel is voor optimale zelfcontrole bij diabetes. Gezamenlijke besluitvorming en zorg-op-maat zijn hierbij sleutelbegrippen. Er zijn meerdere manieren om patiënten te ondersteunen bij de keuze voor en het gebruik van hulpmiddelen. Zo wordt momenteel door een deel van de projectpartners een online keuzehulp bloedglucosemeters ontwikkeld. Deze gaat patiënten en zorgverleners ondersteunen bij de keuze voor een bloedglucosemeter. Daarnaast is adequate communicatie tussen patiënt en zorgverlener een voorwaarde voor gezamenlijke besluitvorming en zorg-op-maat. De relevantie van goede zorgverlener-patiënt-communicatie in de zorg voor diabetes is reeds bewezen (bv. Polonsky et al. Diabetes Res Clin Prac, 2017). De communicatie tussen de zorgverlener en patiënt moet afgestemd zijn op de informatiebehoefte en gezondheidsvaardigheden van de patiënt (of diens ouder of mantelzorger) en gericht zijn op diens voorkeuren en situatie. Daarmee wordt de kans op het juiste gebruik van een passend hulpmiddel vergroot wat kan leiden tot verbeterde kwaliteit van leven, verbeterde therapietrouw, verminderde zorgbehoefte en lagere zorgkosten. Er zijn op dit moment echter nog vragen over hoe de zorgverlener-patiënt-communicatie rondom de keuze voor en begeleiding bij het gebruik van hulpmiddelen voor mensen met diabetes type I en II verloopt. De stimuleringssubsidie “Goed Gebruik Hulpmiddelenzorg” willen we gebruiken als voorbereiding op een subsidieaanvraag voor een kosten-effectiviteitsstudie naar optimale communicatie tussen zorgverlener en patiënt bij de keuze voor en begeleiding bij het gebruik van hulpmiddelen bij diabetes. We gebruiken de gelden voor vraagarticulatie en consortiumvorming. Met patiënten en alle andere ketenpartners verkennen we: 1) welke ervaringen en behoeften patiënten, huisartsen, verpleegkundigen, internisten en apothekers(assistenten) hebben op het vlak van communicatie bij hulpmiddelen voor patiënten met diabetes (hoe gaat dit nu en wat vinden zij hierin belangrijk); 2) welke elementen op het gebied van communicatie in de huidige zorgverlening goed gaan en welke beter kunnen; 3) hoe we patiënten en zorgverleners kunnen ondersteunen bij betere communicatie. Hoewel de oorzaak en behandeling bij diabetes type I heel anders is dan bij diabetes type II is adequate communicatie, zorg-op-maat en gezamenlijke besluitvorming in beide groepen essentieel. We nemen beide groepen dan ook mee en hebben gedurende het project aandacht voor de verschillen en overeenkomsten. Activiteiten die worden ontplooid zijn 1) overleggen met de projectgroep, met daarin vertegenwoordigers vanuit de patiënten, huisartsen, verpleegkundigen, apothekers, verzekeraars, de Nederlandse diabetesfederatie en onderzoekers; 2) verkenning van de relevante literatuur; 3) twee workshopdagen met patiënten, internisten, huisartsen, POHs-somatiek en apothekers(assistenten). Op deze dagen gaan we in gesprek over hoe patiënten en zorgverleners tegen de communicatie rondom deze hulpmiddelen aankijken, wat voor hen belangrijk is, hoe zij de communicatie nu ervaren, wat hierin goed is en wat beter kan. De gezamenlijke vraagarticulatie leidt tot een gemeenschappelijk en breed gedragen doel wat een sterke basis vormt voor vervolgonderzoek door het projectteam. Het project resulteert in een subsidie aanvraag naar de kosteneffectiviteit van optimale communicatie rondom de keuze voor en begeleiding bij het gebruik van hulpmiddelen door patiënten met diabetes.

Kenmerken

Projectnummer:
85300095002
Looptijd: 100%
Looptijd: 100 %
2018
2018
Onderdeel van programma:
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
Dr. I.C.S. Swinkels
Verantwoordelijke organisatie:
NIVEL