Cost-effectiveness of exercise therapy added to general practitioner care for osteoarthritis of the hip

Dit patiëntgebonden onderzoek was uitgevoerd om de kosteneffectiviteit vast te stellen van oefentherapie toegevoegd aan de huisartsbehandeling vergeleken met alleen huisartsbehandeling bij patiënten met heupartrose in de huisartspraktijk. Patiënten konden meedoen als ze 45 jaar of ouder waren en hun huisarts bezochten voor een nieuwe klachtenperiode vanwege heupartrose. De patiënten werden door loting verdeeld over de twee behandelgroepen, een groep die naast huisartsenzorg oefentherapie begeleid door een fysiotherapeut ontving en de controle groep die alleen huisartsenzorg ontving. De oefentherapie bestond uit maximaal 15 behandelingen in de eerste drie maanden en drie aparte nabehandelingen in maand vijf, zeven en negen. De uitkomstmaten waren heuppijn en beperking in functioneren vanwege de heupklachten, kwaliteit van leven en de kosten. Deze werden door de patiënten gescoord middels vragenlijsten op 6 weken en op 3, 6, 9 en 12 maanden na de beginmeting. Het onderzoek vond plaats in de periode 2009 - 2012 en uiteindelijk deden er 203 patiënten van 101 huisartsen mee met het onderzoek. De gemiddelde leeftijd lag rond de 65 jaar en er deden iets meer vrouwen (60%) mee dan mannen. Na de loting zaten er 101 patiënten in de oefentherapie groep en 102 patiënten in de groep die alleen huisartsenzorg ontving. Drie maanden na de beginmeting was er zowel in de uitkomstmaat heuppijn als in beperking functioneren een statistisch significant en klinisch relevant verschil te zien in het voordeel voor de patiënten die oefentherapie ontvingen. Dit effect was echter niet meer aanwezig na 12 maanden. Uit de economische analyse bleek dat gezien vanuit maatschappelijk oogpunt de oefentherapie toegevoegd aan de huisartsenzorg kostenbesparend dan wel kosteneffectief was bij deze patiënten vergeleken met alleen huisartsenzorg gedurende de 12 maanden.