PATH: kanker gericht behandelen door moleculaire diagnostiek

Interview met Katrien Grünberg
Moleculaire diagnostiek is essentieel om te bepalen welke patiënten baat bij doelgerichte kankerbehandelingen zullen hebben. Uit de PATH-studie blijkt dat deze vormen van diagnostiek in Nederland van goede kwaliteit zijn maar helaas nog niet iedere patiënt bereikbaar. De leercurve wordt echter steeds steiler, ziet Katrien Grünberg.

Wat was de aanleiding voor deze studie?

‘Er komen steeds weer nieuwe doelgerichte kankerbehandelingen op de markt. Moleculaire diagnostiek is essentieel om te bepalen welke patiënten baat hebben bij deze nieuwe therapieën. In PATH wilden we met pathologen, klinisch moleculair biologen en behandelaars de diagnostiek optimaliseren. Onder meer met een laagdrempelig toegankelijk netwerk van moleculaire tumorboards (mtb’s), die uitslagen kunnen vertalen naar een advies over therapie-op-maat. Of eventuele deelname van een patiënt aan trials. Met de registraties van PALGA en de Nederlandse Kankerregistratie wilden we de meerwaarde van moleculaire diagnostiek evalueren.’

Wat is er sinds de start in 2016 zoal gebeurd?

‘Ik vind soms dat het allemaal veel sneller kan. Maar als ik eerlijk ben, gaat het toch wel hard. Ons project ging over doelgerichte therapie. In de diagnostiek zoek je naar mutaties in het tumor-DNA en voorspel je of een behandeling bij een specifieke patiënt effect zal hebben. We zijn als het ware deels ingehaald door de introductie van immuuntherapie. Effectiviteit voorspellen is daar ingewikkelder, omdat het immuunsysteem zo plastisch is. Je bent er niet met een enkele parameter. De grote uitdaging is het creëren van predictiemodellen voor immuuntherapie. Nu is het voorschijflabel eigenlijk veel te ruim. Voor te veel patiënten werkt het niet, en we kunnen de individuele effectiviteit niet goed voorspellen. Terwijl het voor de patiënt – én voor de betaalbaarheid – relevant is te weten wie wel of geen baat heeft bij immuuntherapie.’

Wat is er nodig voor optimale diagnostiek?

‘Wij concludeerden dat moleculaire diagnostiek overwegend van goede kwaliteit is maar helaas nog niet voor iedere patiënt bereikbaar. Je bent er niet als de technologie er is. Die landt namelijk pas in de praktijk als iedereen de bijbehorende nieuwe kennis heeft. Maar de veelheid van publicaties en de snelheid van de wetenschappelijke ontwikkeling maakt dat het amper bij te houden is. Een derde element – naast technologie en kennis – zijn de processen: hoe organiseer je dit allemaal zodanig dat de nieuwste inzichten steeds beschikbaar komen? Juist ook in de ziekenhuizen die niet zo dichtbij het onderzoek zitten? De interactie binnen de drie-eenheid technologie, kennis en organisatie bepaalt welke waarde uiteindelijk bij de patiënt terechtkomt. Omdat die interactie niet overal even goed slaagt, is de ongelijkheid in toegang waarschijnlijk niet afgenomen.’ 
 

Afbeelding
portret Katrien Grünberg
De interactie binnen de drie-eenheid technologie, kennis en organisatie bepaalt welke waarde uiteindelijk bij de patiënt terechtkomt.
Katrien Grünberg
hoogleraar Pathologie aan het Radboudumc in Nijmegen

Welke ontwikkeling is cruciaal?

‘Ik ben positief over de vertaling van diagnostische uitslagen naar passende behandeladviezen. Die vertaalslag gebeurt gezamenlijk in een moleculaire tumorboard. Wij wilden de mtb’s als belangrijke schakel neerzetten en vooral de umc’s zijn er heel actief in. Als je verschillende mtb’s eenzelfde lastige casus voorlegt, komen ze tot tamelijk eensluidende adviezen. Dat zegt iets over het hoge niveau van hun functioneren. De mtb’s worden ook steeds toegankelijker voor de regionale ziekenhuizen. Cruciaal voor het verbeteren van toegankelijkheid tot doelgerichte behandeling, soms ook in studieverband.’

Wat is nog een uitdaging?

‘In een snel ontwikkelend veld moet je voortdurend evalueren. We hebben binnen PATH een module voor gestructureerde verslaglegging ontwikkeld. Met goede vergelijkbare patiëntgegevens zouden we op gezette tijden evaluaties kunnen doen. Maar de adoptie van die module viel tegen. Het kost ziekenhuizen én zorgverleners toch geld en tijd, en je moet misschien ook van je routines willen afstappen. De beroepsgroep zal zelf keuzes moeten maken, door het eenduidig registeren op te nemen in de kwaliteitsnormen. Nu hebben we in Nederland de evaluatie nog niet op orde, terwijl dat echt nodig is als we deze ontwikkeling willen doorzetten. Zijn we goed bezig voor patiënten? Is het doelmatig? We zijn dergelijke verantwoording niet alleen schuldig aan patiënten, maar ook aan de maatschappij. Het gaat immers ook om publieke middelen.’

Hoe zie je de toekomst?

‘Ik hoop op een steeds steilere leercurve rond zowel doelgerichte therapie als immuuntherapie. Hoe leren we slimmere, persoonsgerichte combinaties te maken met alle beschikbare therapieën? Tot nu toe waren de innovatieve behandelingen vooral een laatste strohalm, als het andere niet meer werkte. Maar met betere diagnostiek kun je ze mogelijk al vroeger inzetten. En als dat beter is eerder stoppen. Doelgericht, dus bij die patiënten voor wie het aantoonbaar meerwaarde heeft.’ 

Katrien Grünberg is hoogleraar Pathologie aan het Radboudumc in Nijmegen. Zij deed de PATH-studie samen met projectcoördinator Marjolijn Ligtenberg, hoogleraar Moleculaire tumorgenetica en hoofd van het Laboratorium Tumorgenetica in het Radboudumc (links op de foto). Oncologie is een van de twee themagebieden van het deelprogramma Personalised Medicine, waarbinnen het project is uitgevoerd.

Tekst: Marc van Bijsterveldt (januari 2024)