Mobiele menu

Doen of laten? Terugdringen van onnodige zorg 2016-2017

Projectomschrijving

Verschillende onderzoeken, zowel nationaal als internationaal, tonen aan dat ongeveer 1 derde van de zorg geen toegevoegde waarde heeft. Meer dan de helft van de zorg is niet wetenschappelijk onderbouwd. Uitgangspunt van dit Citrienfondsprogramma ‘Doen of laten? Het terugdringen van onnodige zorg’ is dat er ook in Nederland veel van deze onnodige zorg is.

Doel

Het stimuleren van patiënten en zorgverleners om terughoudend te zijn bij het vormen van zorg waarvan de toegevoegde waarde voor patiënten niet is aangetoond en die zelfs schadelijk voor de patiënt kunnen zijn.

Het programma begon in 2015 en realiseerde 3 doelen:

  1. Het duidelijk maken welke zorg onnodig is.
  2. Het opdoen van kennis en ervaring over hoe te stoppen met onnodige zorg.
  3. In 8 regionale projecten ook daadwerkelijk onnodige zorg terugdringen.

Aanpak/werkwijze

We voerden de plannen van de 8 deïmplementatiestudies, geselecteerd in de eerste fase (2015-2016), uit onder coördinatie van de universitair medisch centra (umc’s) in samenwerking met de verschillende betrokken partijen in de regio.

Samenwerkingspartners

We werkten samen met algemene ziekenhuizen, patiënten en huisartsen om zo voldoende draagvlak te creëren. Bij deze regionale samenwerking maakten de umc’s gebruik van bestaande netwerken. De projectteams van de decentrale projecten ontmoetten elkaar tevens in leernetwerken voor het delen van ervaringen en om van elkaar te leren.

Resultaten

In de afgelopen anderhalf jaar startten de 8 projecten. 2 daarvan voerden we uit in de eerste lijn met huisartsenpraktijken, streeklaboratoria en apotheken. De 6 andere voerden we uit in 34 ziekenhuizen en 2 zelfstandig behandelcentra. De projecten gingen over het terugdringen van vervolgconsulten bij oncologische aandoeningen, het verminderen van onnodige diagnostiek of onnodige interventies zoals artroscopieën, gastroscopie of kathetergebruik. De onderwerpen betroffen grotendeels Verstandige Keuzes zoals door de wetenschappelijke verenigingen was vastgesteld. De resultaten van de afzonderlijke projecten en een overkoepelende evaluatie presenteerden we in december 2018.

Vervolg

We starten met een vervolgproject Doen of laten? Terugdringen van onnodige zorg 2017-2018 .

ZonMw en Citrienfonds

Binnen het Citrienfonds werkt de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra, universitaire medische centra en wij samen om de kwaliteit en betaalbaarheid van de zorg in de toekomst op niveau te houden. Dit doen we met het doel om een duurzame gezondheidszorg te bevorderen.

Verslagen


Eindverslag

Het programma Doen of laten? Het terugdringen van onnodige zorg is een van de vijf Citrien-programma’s. Het programma heeft als doel om patiënten en zorgverleners te stimuleren om terughoudend te zijn bij vormen van zorg waarvan de toegevoegde waarde voor patiënten niet is aangetoond en die zelfs schadelijk voor de patiënt kunnen zijn. Het programma is in 2015 begonnen en wil ten eerste duidelijk maken welke zorg onnodig is. Ten tweede beoogt het programma om kennis en ervaring om te doen hoe te stoppen met onnodige zorg. Ten derde wil Doen of Laten? in acht regionale projecten ook daadwerkelijk onnodige zorg terugdringen.

In de afgelopen anderhalf jaar zijn de acht projecten gestart. Twee daarvan worden er uitgevoerd in de eerste lijn met huisartsenpraktijken, streeklaboratoria en apotheken. De zes andere worden uitgevoerd in 34 ziekenhuizen en twee ZBC’s. Deze gaan over het terugdringen van vervolgconsulten bij oncologische aandoeningen (basaalcelcarcinoom en multipele myeloom), het verminderen van onnodige diagnostiek of onnodige interventies zoals artroscopieën, gastroscopie of kathetergebruik. De onderwerpen betreffen grotendeels Verstandige Keuzes zoals door de wetenschappelijke verenigingen vastgesteld. De resultaten van de afzonderlijke projecten en een overkoepelende evaluatie zullen in december 2018
worden gepresenteerd.

Samenvatting van de aanvraag

Verschillende onderzoeken, zowel nationaal als internationaal, tonen aan dat ongeveer 1 derde van de zorg geen toegevoegde waarde heeft. Meer dan de helft van de zorg is niet wetenschappelijk onderbouwd. Uitgangspunt van dit Citrienprogramma ‘Doen of laten? Het terugdringen van onnodige zorg’ is dat er ook in Nederland veel van deze zogenoemde onnodige zorg is. Dat is zorg waarvan bekend is dat deze weinig of geen toegevoegde waarde representeert voor de patiënt en waarmee zorgverleners moeten stoppen of niet-routinematig moeten toepassen.

Het reduceren van onnodige zorg is wenselijk voor patiënten omdat ze dan niet meer blootgesteld worden aan mogelijke schadelijke bijeffecten van ineffectieve zorg. Bovendien heeft dit in potentie een aanzienlijke kostenreductie tot gevolg.

Deze aanvraag omvatte het grootste deel van de tweede fase van het programma Doen of laten? Het terugdringen van onnodige zorg. In de eerste fase (1 april 2015 tot 1 april 2016) bepaalden we welke specifieke diagnostische en therapeutische interventies zich lenen voor deïmplementatie. Deïmplementatie is het ontmoedigen van onnodige zorg die nu veelvuldig is toegepast, met als doel dat zorgverleners deze minder of niet meer toepassen.

We stelden een zogenoemde Beter-niet-doen-lijst op op basis van bestaande (buitenlandse) lijsten en een onderzoek van alle Nederlandse richtlijnen vanaf 2010. De resultaten beschreven we in een rapport en een wetenschappelijke publicatie hierover volgt.

Ook stelden we een eerste versie van een deïmplementatiegids op om partijen die lonnodige zorg willen deïmplementeren te faciliteren. Dit gebeurde onder andere op basis van 2 reviews die we uitvoerden samen met het Dutch Cochrane Center. 1 review onderzocht de literatuur op het gebied van belemmerende en bevorderende factoren bij deïmplementatie en de andere review onderzocht literatuur over voorbeelden van deïmplementaties.

Ten slotte seleceteerden we 8 deïmplementatiestudies uit de 42 inzendingen die de umc’s samen met hun regionale partners de komende 2 jaar uitvoeren. In de tweede fase (1 april 2016 tot 1 oktober 2018) voerden we de plannen van deze 8 geselecteerde deïmplementatiestudies uit onder coördinatie van de umc’s in samenwerking met de verschillende betrokken partijen in de regio.

We werkten samen met algemene ziekenhuizen, patiënten en huisartsen om zo voldoende draagvlak te creëren. Bij deze regionale samenwerking kunnen de umc’s gebruik maken van bestaande netwerken. De projectteams van de decentrale projecten ontmoetten elkaar in leernetwerken om ervaringen te delen en van elkaar te leren.

Ook was er een overkoepelend project dat 5 activiteiten kende:

  1. Algemeen projectmanagement door de hoofdaanvrager die aanspreekpunt is voor opdrachtgever en externe partijen.
  2. Regie over de voortgang van de 8 projecten.
  3. Coördinatie van de kennis- en expertise tussen de projectteams onderling door het organiseren van uitwisseling van kennis in een leernetwerk.
  4. Monitoring en evaluatie van de uitkomsten en het proces van de 8 projecten afzonderlijk en op een geïntegreerd niveau om tot een overkoepelende studie te komen.
  5. Organisatie van een kenniscentrum door het expliciteren en beschikbaar stellen van deïmplementatiekennis in de 8 umc’s.

Kenmerken

Projectnummer:
8392010022
Looptijd: 100%
Looptijd: 100 %
2016
2018
Onderdeel van programma:
Gerelateerde subsidieronde:
Projectleider en penvoerder:
Dr. R.B. Kool
Verantwoordelijke organisatie:
Radboudumc